TrueFit... Successful fittings. Simplified.

Woordenlijst

Hierna volgt een woordenlijst en een overzicht van de verschillende Unitron-productbegrippen die in de Unitron TrueFit™-software worden gebruikt.

0-9 |  A  |  B  |  C  |  D  |  E |  F  |  G  |  H  |  I  |  J  |  K  |  L  |  M  |  N  |  O  |  P  |  Q  |  R  |  S  |  T  |  U  |  V  |  W  |  X  |  Y  |  Z

0-9

2cc: Curveweergaveopties waarmee de versterking of uitvoer van het hoortoestel wordt weergegeven, zoals gemeten in een 2cc coupler. In Unitron TrueFit™ worden automatisch waarden weergegeven in de juiste koppeling voor het geselecteerde hoortoestel: een HA-1 voor producten op maat en een HA-2 voor AHO-producten.De grafiekopties zijn toegankelijk via het grafiekpictogram rechts bovenaan de grafieken.

^ naar boven

A

Aanpas Samenvatting: Scherm dat een samenvatting geeft van verschillende instelling parameters inclusief programmalijst, cliënty bediening, algemene status en indicatoren (tonen).

Aanpassingsoverzicht: Scherm met een overzichtstabel met diverse parameters van het hoortoestel, waaronder de programmalijst, instellingen voor de gebruikersbediening, algemene status en statuswaarden voor hoorbare indicators.  

Adaptieve directionaliteit: Deze input optie gebruikt een adaptief directioneel polar patroon strategie.

Adaptation Manager: Een regelaar waarmee de algehele versterking in het hoortoestel wordt aangepast om een percentage te leveren van de berekende doelcurve voor de huidige aanpasformule. Er kan een automatische gewenning worden geactiveerd om geleidelijk over te gaan van een huidige instelling, die erop gericht is om een comfortabelegeluidssterkte te leveren (huidige regeling) voor een regeling die erop gericht is om spraakverstaan te optimaliseren (uiteindelijke waarde). Zowel de huidige als uiteindelijke instellingen worden aangepast door de schuifregelaars te verplaatsen. De adaptatiemanager is een globale parameter, die alle programma's beïnvloedt.  

AntiShock™: Een techniek die in staat is heel snel impulsgeluiden te identificeren en te minimaliseren zonder de geluiden te verwijderen of onherkenbaar te maken én zonder effect te hebben op spraakgeluid. Deze instelbare techniek werkt onafhankelijk van versterking, MPO en compressie. 

AntiShock™ 2: Onderdrukt direct plotselinge luide en irriterende geluiden, zonder spraak of geluiden die u wilt horen te beïnvloeden. 

Audiogram-based Noise: Willekeurig lawaai signaal met een frequentie spectrum gebaseerd op de audiologische gegevens van de klant.

Automatic Controls: Instelmogelijkheden die van invloed zijn op het schakelgedrag van het Automatische Programma. Audiciens kunnen de gevoeligheid van het Automatische programma aanpassen aan een veranderende omgeving (Heel laag = tragere reactie, heel hoog = snellere reactie). Daarnaast zijn er regelaars beschikbaar voor het wijzigen van de prioriteit van verschillende luisteromgevingen in het Automatische programma.  

Automatisch Programma (SoundNav): Monitort elke akoestische situatie en sleceteert de juiste mix van luisteromgevingen.

AutoMic: Dit handmatig programma schakelt van Omni directioneel naar de geselecteerde directionele strategie wanneer het omgevingsgeluid luider is dan de ingestelde drempelwaarde (in dB).

AutoMic Transitie Drempel: Het handmatige AutoMic programma schakelt de microfoon input op het ingestelde Transitie niveau (dB).

^ naar boven

B

Bass enhancer: Beschikbaar in Max producten. Een eigenschap die meer uitgangsvermogen voor lage frequenties geeft, voor extra spraak informatie in de lage frequenties.

Berekende respons: Curveweergaveoptie waarmee het berekende, oorspronkelijke, snel aangepaste geluidsniveau van het hoortoestel bij de huidige instelling van Adaptatie manager wordt weergegeven voordat de versterkings-/frequentierespons fijn wordt afgesteld.  

Binaurale Telefoon: Beschikbaar in enkele wireless producten. Binaurale Telefoon streamt automatisch audio van het telefoon oor naar het niet-telefoon oor, ongeacht gebruik van vaste of mobiele telefoon.

^ naar boven

C

Cliënt Beoordelingen: Feature die cliënten mogelijkheid biedt om via een app hun luisterervaringen in verschillende luisteromgevingen te geven. De resultaten zijn te zien in TrueFit samen met data logging en Log It All informatie.

Cliënt Statistieken: Tools waarmee inzichten worden verkregen in de specifieke lifestyle van uw cliënt en die bijdragen aan een nog persoonlijker aanpassing.

Configureren: Het scherm waarin diverse functie-instellingen van de hoortoestellen kunnen worden aangepast.

^ naar boven

D

Data logging: Hiermee worden gebruiksgegevens over onderwerpen, zoals gebruiksuren per dag, bestede tijd in elk programma en luisterdoel, en wijzigingen in volume. Bij de vervolgafspraak worden de opgeslagen gegevens ingelezen in Unitron TrueFit™ en worden de resultaten weergegeven. De verzamelde informatie kan vervolgens worden gebruikt voor beslissingen over fijnafstelling en gebruikersadvies.  

Directional Microphone: Microfoonregeling om het geluid vóór de gebruiker te versterken en versterking van het geluid van andere richtingen te verlagen, om spraakverstaan te bevorderen bij omringend lawaai. De opties in Unitron TrueFit omvatten: Vast directioneel, Adaptief directioneel, Smart Directioneel en SpeechZone Directioneel.  

DuoLink: Instelmogelijkheid voor binaurale coördinatie van programma/volume/Smartfocus™ wijzigingen voor elk van de beschikbare bedieningsknoppen. Dit houdt in dat met deze functie wijzigingen die zijn aangebracht in één hoortoestel, draadloos kunnen worden gecommuniceerd naar een ander hoortoestel, zodat beide apparaten worden gesynchroniseerd.  

^ naar boven

E

Ear simulator: Curveweergaveoptie waarmee het geluidsniveau van het hoortoestel wordt weergegeven zoals deze is gemeten in een koppeling waarmee de impedantie, het volume en de algehele respons van het gemiddelde volwassen oor wordt gesimuleerd. De grafiekopties zijn toegankelijk via het grafiekpictogram rechts bovenaan de grafieken.

Easy-DAI: Een optionele functie waarmee het hoortoestel automatisch overschakelt naar een DAI-programma wanneer een direct audiosignaal wordt ontvangen op het hoortoestel. Bij het overschakelen hoort de klant een aantal pieptonen (optioneel) om aan te geven dat een wijziging is aangebracht in het hoortoestel. Het hoortoestel gaat automatisch terug naar het vorige luisterprogramma wanneer het directe audiosignaal niet meer beschikbaar is.  

Easy-t: Een optionele functie waarmee het hoortoestel automatisch overschakelt naar een telefoonprogramma (ringleiding of akoestisch) wanneer de telefoonhoorn naast het hoortoestel wordt gehouden. Bij het overschakelen hoort de klant een aantal pieptonen om aan te geven dat een wijziging is aangebracht in het hoortoestel. Wanneer de hoorn niet meer bij het hoortoestel wordt gehouden, gaat het apparaat automatisch terug naar het vorige luisterprogramma. Het easy-t-programma ondersteunt ringleiding of akoestische input.  

^ naar boven

F

Feedback Optimalisatie: Hiermee kunnen hoorspecialisten een feedbacktest doen om na te gaan wat de maximale stabiele gain is van het hoortoestel zonder dat er feedback optreedt.

Fitting Advice: Een functie op die audiciens aanpassingsoplossingen biedt voor luisterproblemen van de klant. Audiciens krijgen verschillende suggesties voor programmawijzigingen die gemakkelijk kunnen worden toegepast op het hoortoestel.

Fitting Mode: Een geselecteerde groep hoortoestelinstellingen ontworpen op basis van leeftijdsvoorkeuren voor adaptieve eigenschappen en instellings mogelijkheden voor een unieke aanpassing van kinderen t.o.v. Een functie op die audiciens aanpassingsoplossingen biedt voor luisterproblemen van de klant. Audiciens krijgen verschillende suggesties voor programmawijzigingen die gemakkelijk kunnen worden toegepast op het hoortoestel.

Fixed Directioneel: Deze input optie gebruikt een vast polar patroon voor het verbeteren van spraak in lawaai.

Flex:trial: Het eerste hoortoestel system dat de professional de mogelijkheid biedt om verschillende technologieniveaus te downloaden in hetzelfde test hoortoestel via Unitron TrueFit software, voor risicoloze aanpassingen

Frequency compression: Door geluiden te verschuiven van gebieden waar het gehoor het meest beschadigd is en deze geluiden te comprimeren tot een hoorbaar bereik. Dit biedt een betere bewustheid en verstaanbaarheid van spraak.

^ naar boven

G

Getting Started Gids: Een geprint document ontworpen voor uw klant voor directe instructies voor het gebruik en onderhoud van hun hoortoestellen en/of accessoire.

Gevoeligheid: Met de Gevoeligheid (Sensitivity Control) kunt u de gevoeligheid van het Automatische programma aanpassen. Met de instelling Laag is het Automatische programma minder gevoelig voor een veranderende omgeving en schakelt het toestel minder vaak over. Met de instelling Hoog is het Automatische programma gevoeliger voor een veranderende omgeving en schakelt het toestel dus vaak over.

^ naar boven

H

Hoortoestel reparatie: Deze wizard verschaft de audiciens de mogelijkheid het hoortoestel te repareren. Deze wizard helpt de hoorspecialist om de firmware te resetten in een hoortoestel in geval het niet meer communiceert met de software.

HT Setup: Scherm op dat de audicien de mogelijkheid geeft diversen bedieningsfuncties te activeren of deactiveren of van een ander instelling te voorzien. 

HI Update: Met deze wizard kunnen audiciens de softwareversie en de bijhorende functies upgraden die momenteel in het hoortoestel aanwezig zijn, op verzoek van de software.  

Homologatieregelingen: Plaatst het hoortoestel in een speciale testmodus voor certificering van productparameters wanneer men te maken heeft met de Unitron-ondersteuningsdienst voor software. 

^ naar boven

I

iCube II: Draadloze programmeerinterface die kan worden gebruikt met wireless Tempus, North en Era Hoortoestellen.

In Situ: Een scherm waarmee audiciens hoortests kunnen uitvoeren via het hoortoestel. Audiciens kunnen kiezen uit drempeltesten en metingen voor oncomfortabele luidheid, die dan kunnen worden gebruikt als basis voor de instellingen van de doelcurve voor de klant. 

IntelliVent: Optionele functie waarmee de eigenschappen van het ventingontwerp automatisch worden opgegeven op basis van de unieke afmetingen van het oorkanaal en het gehoorverlies van de klant. Unitron TrueFit™ software wordt samen met IntelliVent gebruikt om de versterkings-/frequentierespons voor de akoestiek van de venting automatisch te optimaliseren.  

^ naar boven

L

Lineaire verwerking: Lineaire versterking, met uitvoercompressielimieten voor harde inputs. Een verwerkingsoptie die handig kan zijn voor mensen die eerder lineaire toestellen droegen of mensen met een ernstig gehoorverlies.  

Log It All: Registreert client’s luistersituaties, verdeeld over zeven luisteromgevingen, ongeacht welk technologieniveau wordt gebruikt. Toont hoe nauwkeurig het hoortoestel tegemoet komt aan de individuele lifestyle van de cliënt.

^ naar boven

M

Mijn Beoordelingen: Geeft cliënten de mogelijkheid hun indrukken over de prestaties van het hoortoestel te geven via een smartphone. Dit verschaft waardevolle informatie die de hoorspecialist in staat stelt de meest gepersonaliseerde aanbevelingen te doen.

Mode de test: Software features die de hoorspecialist de mogelijkheid bieden om testinstellingen in het hoortoestel over te nemen ter vergelijking met elektro-akoestische specificaties.  

Multiband adaptieve directionele microfoon: Een microfoonsysteem waarmee meerdere bewegende geluidsbronnen worden gevolgd en onderdrukt, terwijl er wordt gericht op geluiden van de voorkant. Dit wordt Adaptief Directioneel genoemd in Unitron TrueFit™.

MyMusic: Speciale frequentierespons/versterkingscompensatie voor het muziekprogramma, om het beluisteren van muziek aan te passen in functie van de gebruikersvoorkeuren.  

myUnitron: myUnitron is een website die het TrueFit mogelijk maakt toegang te krijgen tot geavanceerde online functies zoals Cliënt Beoordelingen. 

^ naar boven

N

Natural Sound Balance: Aanpassingsfunctie waarmee de verhouding tussen het rechtstreekse geluidssignaal (geluid overgebracht via lucht) en het versterkte geluidssignaal continu wordt bewaakt, en de uitvoer van het hoortoestel automatisch wordt aangepast opdat de geluidsmenging zo natuurlijk mogelijk is.

Noise reduction: Een functie waarmee het luistercomfort wordt verbeterd door de versterking/uitvoer van het hoortoestel te verminderen in de kanalen waarin hard geluid het dominante signaal is.  

North: Het platform dat is geintroduceerd in 2015 en cliënten het meest natuurlijke geluid biedt.

Niveau afhankelijke Lawaaionderdrukking: Verbetering voor adaptieve lawaaionderdrukking binnen de SmartFocus 2 functie voor reductie van een maximale hoeveelheid lawaai. Beschikbaar afhankelijk van de hoeveelheid binnenkomend lawaai. met deze feature is een verfijndere reductie mogelijk van zacht en luid lawaai waardoor er een beter resultaat ontstaat voor het gemiddelde.

^ naar boven

O

Occlusie Manager: Hiermee wordt de uitvoer met lage frequentie van het hoortoestel aangepast om de waarneming van occlusie te beperken. Dit is een globale parameter en is dus van invloed op alle programma's.

^ naar boven

P

Phase Canceller: Aanpassingsfunctie waarmee een signaal met faseomkering wordt gegenereerd om het feedbacksignaal op te heffen, waardoor de feedback wordt weggefilterd zonder verlies van versterking.

Pink Noise: Willekeurig ruissignaal met een frequentie spectrum waar de hoeveelheid energie progressief vermindert wanneer de frequentie wordt verhoogt. Vergelijkbaar met witte ruis maar met toevoeging van lage frequenties.

Pinna Effect: Deze techniek bepaalt de locatie van de hoortoestel microfoon en past de microfoon respons aan om zo het natuurlijke vermogen van het uitwendige oor om geluid op te vangen te herstellen.

Programmabeheer: Een scherm waar de audicien luisterprogramma's kan toevoegen/verwijderen, geselecteerde programma's kan herbenoemen en easy-t en easy-DAI kan activeren (indien toepasselijk).

^ naar boven

Q

Quick Fit: Hiermee worden de instellingen van het gehoortoestel automatisch berekend en aangepast op basis van de standaardaanpassingsformule of geselecteerde aanpassingsformule. De knop Quick Fit bevindt zich rechtsboven in het scherm. Wanneer de Quick Fit-knop oranje wordt, is een "quick fit" (eerste aanpassing) aanbevolen. Quick Fit-opties zijn zichtbaar door op het pijltje rechts van de Quick Fit-knop te klikken.

^ naar boven

R

Real Ear: Curveweergaveoptie waarmee het geschatte niveau (dB SPL) van het hoortoestel in het oor van de klant wordt aangegeven, gemeten met een sprietbuis in het oor van de klant. Er wordt ervan uitgegaan dat de geluidsbron 0 graden azimuth is. De grafiekopties zijn toegankelijk via het grafiekpictogram rechts bovenaan de grafieken.

RECD: Verschil werkelijk oor naar koppeling. Het verschil, in dB, tussen de SPL gemeten in een 2cc coupler en de SPL gemeten in real-ear voor een bepaald invoersignaalniveau. RECD-waarden worden uiteindelijk gebruikt bij het genereren van doelen voor het hoortoestel.

Remote control: Apparaat voor in de hand, waarmee wijzigingen in hoortoestelinstellingen zoals volumeniveau en luisterprogramma’s, eenvoudig zijn te realiseren.

REUG: Versterking werkelijk oor zonder hulp. Het verschil, in dB, tussen het geluidsniveau en het niveau in het oor van de luisteraar wanneer dit niet is afgesloten en zonder hulp (open respons). REUG-waarden worden uiteindelijk gebruikt bij het genereren van doelen voor het hoortoestel. 

RIC: Receiver-In-Canal. Een achter-het-oor(AHO) hoortoestel model waar de luidspreker in de gehoorgang geplaatst wordt i.p.v. in de behuizing van het hoortoestel. Voorheen bekend als CRT (Canal Receiver Technology).

^ naar boven

S

Sound Conductor: Brengt features dynamisch in balans voor het verstaan van spraak, comfort en een natuurlijk geluid.

Sound Core: Vier intelligente features die samenwerken om te begrijpen in welke luisteromgeving uw cliënt zich bevindt en die vloeiende aanpassingen maken zodat zij actief kunnen deelnemen aan elke conversatie in elk omgeving.

SoundNav: Het automatische programma dat tot zeven verschillende geluidsomgevingen automatisch identificeert en classificeert met een focus op verschillende conversatietypes, elk met zijn eigen achtergrond lawaai.

SoundNav Automaat Dekking: Laat het dekkingspercentage zien van het automatisch programma van één technologieniveau in verhouding tot het Pro niveau.

Sound Stabilization: Een samenwerking van features om ervoor te zorgen dat geluid zuiverder, comfortabeler en natuurlijker klinkt.

Spatial Awareness: Helpt bij het lokaliseren van geluid en zorgt voor een meer natuurlijke en realistische luisterervaring.

SpeechPro: Een feature die zorgt voor optimaal spraakverstaan en lokalisatie van spraak uit alle richtingen, zelfs in uw cliënt ‘s meest uitdagende luisteromgevingen.

SpeechZone™ directioneel: SpeechZone laat klanten automatisch genieten van heldere gesprekken in lastige luistersituaties. SpeechZone, mogelijk gemaakt door binaural spatial processing, is geactiveerd wanneer de hoortoestellen spraak detecteren van voor in een rumoerige omgeving – beide hoortoestellen worden dan meer directioneel in de spraakzone.

SpeechZone™ 2: Gebruikt ‘binaural spatial processing’ om de exacte locatie van spraak te bepalen. Het kiest automatisch een binaurale of asymmetrische microfoonstrategie om te komen tot het beste spraakverstaan in een rumoerige omgeving.

Spraakherkenning: Functie waarmee spraak wordt geïdentificeerd in de luistersituatie en waarbij een van de kanalen waarin spraak het dominante signaal is, wordt versterkt. Via spraakverbetering zijn zachtere geluiden beter hoorbaar. Als de invoerniveaus toenemen, neemt de versterking af, zodat geluidstolerantieproblemen worden voorkomen. Spraakherkenning is ingebouwd in SmartFocus™ voor Quantum- en Moxi-producten.  

Spraakrichting: Dit refereert aan de positie van de hoortoesteldrager in de auto en de bijbehorende spraakrichting. Het wordt toegepast in het handmatige programma voor verstaan in de auto.

^ naar boven

T

Tempus: Geïntroduceerd in 2017, brengt dit platform cliënten dichter bij natuurlijk horen dan ooit tevoren.

Tinnitus Loudness Match: Luidheid niveau dat overeenkomt met de waargenomen luidheid van de tinnitus van de cliënt op de geïdentificeerde tinnitus frequentie. Dit geluidsniveau wordt uitgedrukt in het aantal dB boven de drempel van de klant (dat wil zeggen dB SL) op tinnitus frequentie.

Tinnitus Maskeerder: Ruisgenerator bedoeld om een geluidsbron te genereren dat het auditieve systeem stimuleert. Bestemd als onderdeel van een uitgebreid tinnitus therapie programma.

Tinnitus Pitch Match: Frequentie (in Hertz) dat het meest overeenkomt met de waargenomen tinnitus van de cliënt.

Training Modus: De mogelijkheid om producten te simuleren alsof ze gekoppeld zijn. Dit geldt voor datalogging, feedback manager en detective simulaties. Het is niet mogelijk om in training modus gegevens op te slaan.

Trial Duration: Flex:trial toestellen kunnen gebruikt worden voor een bepaalde tijd bij klanten voor een proefperiode. De hoortoestellen geven herhaaldelijk een toon wanneer de proefperiode is overschreden.

Tuning: Een scherm dat toegang biedt tot aanpassingen van het hoortoestel, zoals de adaptatiemanager, occlusiemanager, zacht/matig/luid-aanpassingen, MPO/Versterkingsaanpassingen, evenals toegang tot Aanpassingsadvies.

^ naar boven

U

uAudio: Draadloos programma dat automatisch wordt geactiveerd in de hoortoestellen wanneer via de uDirect™ signalen worden verzonden vanaf Bluetooth®-apparaten met een communicatiemodus in één richting (bijvoorbeeld streaming van muziek).  

uDirect™ 3: Om de hals gedragen apparatuur die gebruikt wordt om draadloze geluidsoverdracht mogelijk te maken tussen North hoortoestellen en Bluetooth® apparatuur of geluidsdragers die met kabel worden verbonden met de uDirect.

uControl: Een app voor android of iPhone om volume- en/of programmawijzigingen in hoortoestellen te realiseren.

uFM: Een draadloos programma in de hoortoestellen dat automatisch wordt geactiveerd wanneer de uDirect™ signalen verzendt van FM-apparaten via de 3-pins Europlug-verbinding.

uMic: Een Bluetooth apparaat  dat het mogelijk maakt de stem van de drager direct op te vangen en hoorbaar te maken in de hoortoestellen via een streamer.

uPhone: Draadloos programma dat automatisch wordt geactiveerd in de hoortoestellen wanneer de uDirect™ signalen worden verzonden vanaf Bluetooth®-apparaten met een communicatiemodus in twee richtingen (bijvoorbeeld een mobiele telefoon).

uStream: Apparaat met kleding clip voor draadloze overdracht naar hoortoestellen vanaf Bluetooth® apparatuur. Ook te gebruiken als afstandsbediening.

uTV 3: Apparaat dat draadloos geluid vanaf TV (of andere geluidsdrager) zendt naar wireless hoortoestellen via uDirect 3 of uStream. De uTV 3 hoeft niet te worden geconfigureerd in Unitron TrueFit.

^ naar boven

V

Vast Breed Directioneel: Deze input optie betreft een vaste directionaliteit die bedoeld is voor een beter spraakverstaan in lawaai, maar met behoud van meer omgevingsgeluid dan met standaard vaste directionaliteit.

Verificatiemodus: Software feature die het de hoorspecialist mogelijk maakt om snel adaptieve features in het hoortoestel uit te schakelen om het vervolgens te kunnen testen. Hoorspecialisten hebben de keuze uit: Real Ear Verificatie of 2cc coupler Verificatie. Met de Real Ear-meetingen worden alle aanpassingsfuncties, behalve Natural Sound Balance, in het hoortoestel uitgeschakeld tot de modus wordt afgesloten. Met de 2cc-coupler meetingen worden alle aanpassingsfuncties en directionele microfoons in het hoortoestel uitgeschakeld tot de modus wordt afgesloten.

^ naar boven

W

White Noise: Ruis signaal met een vlakke spectrale dichtheid over een zo groot mogelijke bandbreedte.

Wind Noise Manager: Verlaagt de versterking in de kanalen van het hoortoestel wanneer windruis wordt gedetecteerd, voor een beter luistercomfort.

^ naar boven